Het verhaal van Bernard Bladblazer.

Dagelijkse routine

Bernard Bladblazer was een man die na een lang werkzaam leven eindelijk met pensioen was. Jarenlang had hij naar deze dag toegeleefd. In een oud schriftje hield hij vanaf zijn eerste werkdag precies bij hoeveel dagen, weken en jaren hij had gewerkt. Zo wist hij exact wanneer zijn pensioen zou beginnen. Bernard was een man van vaste gewoontes: elke ochtend ging om zes uur de wekker, waarna hij zich waste, schoor en ontbeet. Om half acht stond hij op zijn werk, nooit te vroeg en nooit te laat. Na het werk stond het eten klaar, werd de krant gelezen en volgden klusjes in en om het huis. Om acht uur was er koffie met een koekje, en om half elf was het bedtijd. In het weekend werkte Bernard meestal in zijn tuin, waar hij groenten, aardappelen en bloemen kweekte. Zijn moestuin was tot in de puntjes verzorgd: strakke lijnen en geen sprietje onkruid te bekennen. Als er prijzen waren voor de mooiste moestuin, zou Bernard die zeker gewonnen hebben.

De ontmoeting met Truus

Vele jaren geleden, toen Bernard nog jong was, leerde hij zijn vrouw kennen. Niet in een café of op het werk, maar via een advertentie in de regionale krant, wat toen heel normaal was. In zijn oproep schreef Bernard dat hij een flink meisje of boerendochter zocht, met een knap uiterlijk en ongeveer dezelfde leeftijd, om na wederzijds goedvinden een gelukkig huwelijk aan te gaan. Uiteindelijk reageerde er één jonge dame: Truus Tuinhark. Ze was slank en lief, al was ze niet moeders mooiste. Haar ouders zaten goed in de slappe was, wat in die tijd belangrijker was dan uiterlijk. Ondanks dat Bernard in zijn advertentie om een knap uiterlijk vroeg, was het Truus’ zachte stem die zijn hart deed smelten.

Het huis en de bomen

Voordat Bernard en Truus zich gingen verloven, moest er eerst een huis komen. Dankzij de ouders van Truus kregen ze een leuk vrijstaand huisje met een mooie tuin. De ouders van Bernard waren minder rijk, maar hielpen waar ze konden. Bij het huwelijk kregen Bernard en Truus van Bernards ouders twee boompjes: een rode beuk en een Koningslinde. Na het planten groeiden deze bomen uit tot ware reuzen.

De bladblazer

Een paar jaar geleden zaten Bernard en Truus samen in de tuin, genietend van de zon. De zomer liep ten einde en de eerste bladeren dwarrelden naar beneden. De bomen waren inmiddels enorm geworden. Truus stelde voor om ze te kappen, maar Bernard kon het niet over zijn hart verkrijgen om het huwelijkscadeau van zijn ouders om te zagen. Ondanks dat hun huwelijk kinderloos bleef, waren ze gelukkig en tevreden. Bernard had last van zijn rug, waardoor het opruimen van de bladeren steeds moeilijker werd. De bladeren op de grond waren een doorn in zijn oog.

Truus stelde voor een bladblazer te kopen. Bernard was eerst verbaasd, maar vond het uiteindelijk een goed idee. De volgende dag kocht hij bij van Lochem een krachtige bladblazer met een benzinemotor die klonk als een jengelende bromfiets. Vanaf dat moment werd het vegen blazen: elke zaterdag om tien uur, niet vroeger en niet later, ging Bernard aan de slag. Vrijdagavond werd de tank al gevuld, zodat hij zaterdagochtend meteen kon beginnen.

Nieuwe gewoontes

Sinds zijn pensioen werd Bernard gevraagd om elke vrijdag bij van Lochem rond het bedrijf wat klusjes te doen. Zo had hij een leuke bezigheid en verdiende hij een zakcentje.
Elke vrijdag om tien uur niet vroeger en niet later, weer of geen weer, was Bernard present met zijn bladblazer. De dag erna herhaald hij hetzelfde ritueel in zijn eigen tuin.

IKKE